Kerstherinnering aan Boudje en Rob

Na jaren afwezigheid was het dit jaar weer raak; de kerstviering bij mijn ouders. Het samenzijn is prima, maar het gedoe met cadeautjes en zo, een overdaad aan voedsel en oude koeien uit de sloot is voor mij al sinds jaar en dag een te mijden uitstapje. De laatste winters was ik rond de kerst op reis, dus dat was eenvoudig. Nu mijn moeder wat minder gaat met duizeligheden afkomstig waarschijnlijk door een hersenbloeding en wat gedoe met de rikketik was een reden om dit jaar wat langer in Nederland te verblijven.

De oude koeien dit jaar ging vooral over de personen die ons ontvallen zijn. In dit geval niet de ontbonden relaties, maar de dames en heren die om diverse redenen het loodje lieten. Uitgebreid kwam Rob Aussen ter sprake, onze voormalige buurman die ergens rond januari ging hemelen en een berg achterstallig onderhoud in al zijn vormen achter liet. In de media was er ook enige aandacht voor toen zijn collectie Afrikaanse kunst nieuwe eigenaren kreeg. Drie huizen vol met vooral houten beelden. Nooit begrepen wat Rob er in zag. Ik heb er regelmatig in rondgelopen, vooral toen hij nog dacht op kosten van de gemeenschap de huizen te kunnen opknappen. Ik maakte voor hem de tekeningen voor de bouw- en subsidieaanvraag. De kosten hiervoor hield ik laag, maar ook dan was het soms een heidens karwei deze geïnd te krijgen want geld liet hij niet makkelijk los. De mooiste herinnering aan hem was wel de fietstocht die ik met hem ondernam op weg van zijn huis aan de Egelantiersgracht naar de Stopera voor een vergadering over zijn bouwvallige panden. We reden de, volgens Rob, kortste en dus meest logische weg. De route was enigszins vergelijkbaar met het trekken van een rechte lijn op de kaart tussen kamer 4.31 en zijn voordeur en verliep derhalve dwars over grachten, over daken en gevels, binnenplaatsen en door winkels. Kortom, ik heb nog nooit zo lang gedaan over twee kilometer binnenstad en het symboliseerde de denkwereld van Rob ten voeten uit.
In 1938 werd Rob geboren in een Joods gezin. Hij raakte zijn familie grotendeels kwijt in de oorlog. Rond de jaren zeventig kocht hij de huizen in de Leliedwarsstraat en de Egelantiersgracht. Het was een complexe man. Hij had zijn vriendelijke, aimabele kant en een lastige, destructieve kant. Iedereen die m ontmoette leerde deze kanten kennen en maar weinige hielden het volgens mij echt lang vol. Ik ook niet, ook al bleef ik tot aan het einde hem groeten en of een kort praatje houden; dat lukte altijd wel. De laatste jaren kwam hij steeds minder buiten de deur, grotendeels door fysieke malheur.

Terwijl ik terug fiets na het kerstdiner, denk ik aan een ander markant persoon in mijn herinnering, namelijk aan Boudewijn Staartjes. Hij is al ca 15 jaar geleden naar de eeuwige jachtvelden gepromoveerd, en de laatste keer dat ik m zag was ook rond de kerst. Laren was toen, eind 2008, besneeuwd en de kinderen waren mee. Van Boudewijn heb ik ontzettend veel geleerd, vooral van hoe je dingen niet moet doen. Toch hield ie zich aardig overeind tussen al de door hemzelf gedraaide drollen waar hij in uitgleed; een unieke vent vol tegenstellingen. Hij is 57 geworden, zo oud als ik nu ben. Tijd om over hem een verhaal te schrijven, voordat hij door iedereen vergeten is.

Zie: Boudewijn

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.